In welk type vastgoed investeer je best?
11 soorten vastgoed en hun rendement
Auteur: Gunther De Wilde
Het ene type vastgoed brengt gemiddeld meer op dan het andere. Welke soort voor jou de beste investering is, hangt af van jouw persoonlijke doelen.
Wat wil je bereiken met je investering? Wil je een vastgoedimperium uitbouwen? Wil je investeren in huizen voor je kinderen? Of houd je er een andere exitstrategie op na?
Wat jouw doel ook is, elke vastgoedinvestering is een evenwicht tussen risico en rendement. Duik met ons mee in deze 11 types vastgoedinvesteringen. Er zit er sowieso één tussen op jouw maat.
1 | Residentieel vastgoed
= Appartementen, huizen, villa’s, …
⇒ De verhouding tussen aankoopprijs en huurinkomsten is heel interessant.
⇒ Residentieel vastgoed levert redelijke rendementen op en houdt weinig risico in.
Door het groeiende aantal alleenstaanden en eenoudergezinnen, is er vandaag een grote vraag naar tweeslaapkamer appartementen en bescheiden rijhuizen. Ook alleenstaanden hebben graag een extra slaapkamer om als bureau, logeerkamer, hobbykamer of extra bergruimte te gebruiken.
2 | Commercieel vastgoed
= Kantoren, magazijnen, winkels, handelspanden, horecazaken, …
⇒ Commercieel vastgoed kan mooie rendementen opleveren.
⇒ Je kan heel wat kosten doorrekenen aan de huurder, bijvoorbeeld voor het onderhoud van de omgeving, parking, enzovoort.
⇒ Het risico op leegstand is wel een pak hoger dan bij residentieel vastgoed.
⇒ Commercieel vastgoed is heel liggingsgevoelig.
3 | Bedrijvencentra
= Een specifieke vorm van commercieel vastgoed, zoals geclusterde KMO-units waar zelfstandigen en kleine bedrijfjes zich kunnen vestigen.
⇒ Investeren in een bedrijvencentrum levert mooie rendementen op.
⇒ Het is gebruikelijk dat zulke units worden verkocht of verhuurd op basis van de plannen, en dat men pas na verkoop start met de bouw of renovatie.
4 | Assistentie- woningen
4 | Assistentiewoningen
= Serviceflats met inbegrepen zorgdiensten, met een gunstig btw-tarief van 12% en een vrijstelling van onroerende voorheffing.
⇒ Steeds meer eigenaars krijgen hun assistentiewoning niet meer verhuurd, ondanks de fiscale voordelen.
⇒ De toegevoegde waarde is beperkt omdat 65-plussers sneller kiezen voor een goedkoper appartement en aparte zorgverlening.
⇒ De ligging is zeer bepalend voor de vraag, liefst dicht bij een dorps- of stadscentrum.
⇒ De hoge instapkost, de lange opstarttijd en het verhoogd risico op leegstand maken assistentiewoningen vandaag een minder interessante investering.
5 | Studentenkamers
= Koten voor studenten
⇒ Het grootste voordeel is de lage instap- en investeringskost.
⇒ Er zijn mooie rendementen mogelijk en het risico op wanbetaling is klein.
⇒ De administratie is wel zwaarder dankzij de strenge huurregels en het beperkte doelpubliek.
⇒ Het is soms moeilijk opboksen tegen de moderne huisvestingsmogelijkheden van de universiteiten zelf.
6 | Airbnbs
= Panden die als vakantiewoning worden aangeboden via Airbnb
⇒ Betrekkelijk nieuw type vastgoedinvestering die hoge huurgelden oplevert.
⇒ Vraagt wel veel onderhoud want tussen twee huurders in moet je zelf instaan voor de schoonmaak van het pand.
⇒ Op het vlak van wetgeving zit deze vorm van verhuur nog in een grijze zone.
⇒ Ligging is cruciaal bij deze vastgoedinvestering!
7 | Tweede verblijven
= Vakantiewoning in binnen- of buitenland
⇒ Vooral leuk om je eigen vakanties door te brengen, maar minder interessant als investering.
⇒ Je moet een derde partij inschakelen voor promotie, verhuur en onderhoud van je pand.
⇒ Doorgaans investeringsprojecten met een hoge instapkost en een laag rendement.
8 | Hotelkamers
= Recent populaire vorm van vastgoedinvestering
⇒ Lage instapkost maar onzeker rendement.
⇒ Je bent afhankelijk van het beheer ter plaatse en hebt niet zelf de touwtjes in handen.
⇒ Bovendien hang je af van de lokale politieke en socio-economische situaties.
9 | Vastgoed-beleggingsfondsen
9 | Vastgoedbeleggingsfondsen
= Vastgoedportefeuilles waarbij je niet moet instaan voor beheer, verhuur en onderhoud
⇒ Lage instapkosten en weinig zorgen.
⇒ De beheerskosten die je betaalt hebben wel een negatief effect op je rendement.
⇒ Je hebt zelf geen invloed op de portefeuille dus neemt een groter risico.
10 | Garages
= Zeker in stedelijke gebieden populair als parkeerplaatsen of stockageruimte
⇒ Lage instapkosten en een goed rendement.
⇒ Weinig risico op wanbetaling.
⇒ Redelijk veel administratie in verhouding met de lage cashflow.
11 | Bouwgronden
= Projectgronden of bouwgronden om te verkavelen
⇒ Mooie rendementen mogelijk door bouwgronden aan te kopen en tegen een hogere prijs te verkopen.
⇒ Toch onzeker rendement ondanks relatief lage instapkosten.
⇒ Geen maandelijkse cashflow zoals bij de verhuur van een pand.
⇒ Je moet rekening houden met mogelijke taksen op onbebouwde percelen.
⇒ Mogelijk interessant om projectgronden aan te kopen en er interessante vergunningen voor te ontwikkelen, óf ze te verkavelen in meerdere percelen.